Van Woudzicht naar de Westgaag

Het sprookje vervolgt zich: Omdat de vraag naar asperges zo groot was, vonden de BoereGoedprinsen een overbrugging naar een nieuwe locatie. Een aspergekas(teel) in Maasland. Een van de laatste kassen in Midden Delfland waar de slogan was: Glas voor Gras. Een heel leuk kneuterig kas(teel) met heerlijke asperges. De asperges werden soms zelfs al verkocht op de ridderlijke ophaalbrug voor het kas(teel).

Het was een schamel onderkomen tijdens de overbruggingsperiode voor de mannen. Er waren werkelijk geen voorzieningen. Het was koud, vochtig en zelfs een toilet ontbrak. Nou was de mens best wat gewend in die barre ridderjaren maar dit werd zelfs hen te gortig. Menig slootje, boompje, struikje zal wel eens een plas (of erger) gevangen hebben maar goed, de gemoedelijkheid stond voorop.

Van alles maakten ze mee daar bij dat onderkomen. Zelfs kinderen van de aangrenzende landeigenaren die een slaapfeestje hadden geregeld in tentjes voor de deur brachten de mannen ‘s ochtends om 7 uur niet van hun stuk. En het was noeste arbeid.  Dagen zwoegden de mannen zich in het koninklijke zweet. Tijdens de aspergeoogst maar ook daarna, als de hele kas ontruimt moest worden. Of het een: ”En ze leefden nog lang en gelukkig wordt” dat lees je volgende week!